vrijdag 13 december 2013

Sporen van nieuw leven

Om je dagelijks bestaan een nieuw leven in te blazen is het niet altijd nodig om van baan te veranderen of bijvoorbeeld naar Frankrijk te verhuizen. Het aanschaffen van een melkrobot kan al voldoende zijn. Maar een droom werkelijkheid laten worden blijkt een weerbarstige praktijk te zijn.

Negen maanden nadat de buurman een stukje land van ons had gekocht, het geld vanwege notariële fouten en bureaucratie met vertraging twee maanden later op onze rekening werd gestort, het koopcontract van de robot was ondertekend en een langdurige verbouwing van de stal, waren wij gereed om voor de laatste keer de koeien te melken in onze oude vertrouwde melkstal. Dit heugelijke feit werd echter een week uitgesteld omdat een cruciaal onderdeel van de robot nog niet was geleverd.

Oh ja
Uiteindelijk kwam dit wel weer goed uit omdat de projectleider van de leverancier van de robot, die al maanden regelmatig langs kwam om bij de verbouwing van de stal  aanwijzingen te geven, was vergeten dat er nog een extra leiding moest komen van de robot naar de melktank. Klein detail was dat deze moest worden uitgefreesd in een betonnen vloer van 50 cm dik. En oh ja, er moest ook nog een waterleiding worden verlengd, een extra stopcontact komen, een zware goed gevulde kast worden verplaatst omdat dat toch echt de beste plek voor de compressor was en isolatie rondom de robot worden aangebracht.

Na een weekje bikken en klussen en de levering van het cruciale onderdeel leek het er dan echt op dat de robot kon worden opgestart. Op de valreep konden we gelukkig nog wat extra mankracht inhuren.  Al maanden van te voren waren we, tijdens een cursus ‘hoe start ik een melkrobot op’, gewaarschuwd dat de eerste dagen van het in gebruik nemen van de robot behoorlijk arbeidsintensief zijn. Extra blij waren we dan ook toen een goede vriend en weer een vriend van hem aanbod met hun partners de betreffende de week te komen helpen. Na het vernemen van de opgelopen vertraging konden zij helaas dit weekje niet meer op het laatste moment verzetten zodat we het nu, in plaats van met acht extra handen, met twee extra moesten doen.

De laatste avond en de eerste ochtend
Op een gewone dinsdagavond werden voor de laatste keer de koeien gemolken in de melkstal waarin ik ruim negen  jaar elke avond had doorgebracht. Waarin niet alleen koeien waren gemolken maar waar ook van alles was gebeurd. Niet alleen gevloekt (omdat een koe Rocco onderpoepte) maar ook gelachen (wanneer een gast zich onverwacht liet onderpoepen) en gehuild (wanneer ikzelf weereens werd ondergepoept). Vrienden, die in het normale leven adviseur, manager of kantoortijger zijn, trots voor de eerste keer een koe melkten. Rocco die als baby uren in de kinderwagen heeft geslapen onder het pulserende rustgevende geluid van de melkmachine en later toen hij wat groter werd allerlei spelletjes bedacht met emmers, slangetjes en borstels die in de melkput rondzwierven.  Bobbie, de hond, die zich aanbood als knuffel tijdens het wachten op de volgende ronde koeien die gemolken moesten worden. En niet te vergeten de katten die zorgvuldig de geknoeide melk weglikten. Aan dit alles kwam zomaar een einde.

De volgende ochtend zou om vier uur de melkrobot worden opgestart. Na een rusteloze nacht ging om half vier de wekker en dreven we rond een uur of half vijf de eerste koe door de robot. Dit ging natuurlijk niet vanzelf. Met man en macht werd de koe de robot ingeduwd. Er zouden nog 59 kolossen volgen en om ons moed in te spreken gaf de robot aan dat deze koe 850 kilo woog. De spenen werden door de laser gescand en vervolgens werd de koe gemolken door de arm van de robot. Dit ging de hele dag zo door totdat ’s middags om half vier de laatste koe voor de eerste keer kennis had gemaakt met de robot.
Iedereen was uitgeput van het duwen maar het melken moest doorgaan. Gelukkig ging de volgende ronde een stuk eenvoudiger omdat de meeste koeien nu doorhadden dat ze met brokje werden beloond door de robot zodat duwen niet meer noodzakelijk was maar een prikje met een drijfstok voldoende was.

Dit tafereel moesten we ongeveer een week dag en nacht volhouden totdat de meeste koeien echt helemaal uit zichzelf naar de robot gingen. In ploegendiensten van vier uur losten Guus en ik elkaar af om de koeien door de robot te drijven. Vooral de nachtelijke uren waren voor een ochtendmens als ik behoorlijk afzien. Zeker toen ook nog eens de eerste nachtvorst zich aandiende. Gelukkig ontdekte ik het fenomeen podcast en heb ik een hele Franstalige serie ‘autour de la question’ afgeluisterd en weet ik nu ondere ander alles over het nut van vergeten, wat je kunt leren van Bonobo’s, waarom rijken steeds rijker worden en het verschil tussen industrieel en traditioneel vervaardigde foie gras.

Een nieuw ritme
Inmiddels zijn de meeste koeien gewend aan de robot en hoeven we niet meer permanent in de stal aanwezig te zijn. Vijf keer per dag drijven we nog kleine groepjes weigeraars (of luilakken) naar de robot en over een aantal maanden zal een twee dagelijks bezoek aan de stal voldoende moeten zijn. Nog steeds maken we lange dagen en staan we ’s ochtends voordat de zon opgaat op om het eerste groepje de robot in te drijven en om half elf ’s avonds het laatste groepje.

Het verschil met ons vorige bestaan is dat een ‘melkbeurt’ nu nog maar een half uur duurt in plaats van twee uur. Vooral ’s avonds is dit een vreemde gewaarwording. Ik doe opeens spelletjes met Rocco, we oefenen uitgebreid zijn huiswerk, lees hem hele hoofdstukken voor voor het slapen gaan en wanneer ik ’s avonds naar een detective kijk op televisie val ik niet meer halverwege in slaap maar weet ik tegenwoordig wie de dader is. (Ja, echt een heel ander licht op het leven zo).


Daarnaast is het werk ook een stuk lichter geworden. ’s Ochtends sta ik met minder pijntjes op en de nachtelijke tintelingen (als gevolg van het melken) in mijn handen zijn verdwenen. Alsof ik tien jaar jonger ben. Totdat ik in de spiegel kijk natuurlijk. Daar zie ik de sporen die de aanloop naar dit nieuwe leven op mijn gezicht hebben achter gelaten…