zaterdag 23 januari 2016

Over integreren, Pamela Anderson en foie gras

In deze barre tijden van terroristische aanslagen lees ik veel analyses en hoor ik vaak dat de oorzaak van geradicaliseerde jongeren moet worden gezocht in de mislukte integratie van immigranten in Frankrijk.

Wanneer ik naar mezelf kijk, maak ik me dan wel eens zorgen want ik weet hoe moeilijk het is om te integreren in een land waar je niet bent geboren. Integreren is namelijk niet alleen de Franse taal machtig zijn, lekkere wijntjes drinken en Franse kaasjes proeven. Integreren is ook: je onderwerpen aan de bureaucratie om bedrijf en familie draaiende te houden, om kwart voor twaalf niet meer binnen worden gelaten voor een kluswinkel omdat deze om twaalf uur sluit voor de lunchpauze, vier uur lang aanwezig zijn bij een prijsuitreiking van de sportclub omdat alle honderd leden een prijsje verdienen omdat iedereen in het socialistische Frankrijk immers gelijk is, in de wacht worden gezet bij een Franse telecom bedrijf of weer eens op zoek zijn naar een oppas omdat de onderwijzers staken.

Meestal pas ik me gewoon aan, mopper ik wat mee met de Fransen en houd ik al het onbehagen voor mezelf. Maar soms krijg ik de neiging om alle opgekropte frustratie eruit te gooien. Dan zou ik wel eens een Frans televisie station willen kapen of een bom willen leggen in het Franse parlement om de boel eens flink wakker te schudden. Om duidelijk te maken dat je met op een andere manier tellen de werkloosheid niet oplost en een begrotingstekort niet wegwerkt. Dat eens helder moet zijn dat je met 35 uur werken, met een pensioenleeftijd van 62 jaar en met lunchpauzes van twee uur de economie niet lostrekt of dat je met het afnemen van iemand zijn nationaliteit terrorisme niet bestrijdt.

Maar ja, gelukkig woon ik diep verstopt op het Franse platteland, heb ik geen idee hoe ik aan explosieven of Kalasjnikovs kan komen en beperk ik me tot wat gemopper en het krombuigen van paperclips wanneer ik het Franse journaal kijk.

Zo was er voor de feestdagen weer zo'n item op het journaal waar mijn paperclips van gingen krommen. Het ging over foie gras (ganzenlever). Iets wat in Nederland al lang niet meer op het menu staat maar in Frankrijk tot nationaal cultureel en gastronomisch erfgoed is benoemd en standaard op elk kerstmenu staat. Voor de kerstdagen lijkt er niets belangrijkers te zijn dan foie gras. Hoe dit het beste bereid kan worden en hoe je dit het beste kan nuttigen om de smaak van het levervet het beste tot zijn recht kan laten komen.

In de betreffende reportage ging het om de aanschaf van foie gras en waar je daarbij op moest letten. Er werden traditionele en industriële geproduceerde foie gras met elkaar vergeleken. Natuurlijk was de traditionele foie gras veel lekkerder (en ook veel duurder) dan de industriële. Niets schokkends dus. Ze lieten ook zien hoe de eenden en ganzen werden gehouden, wat ook niet schokkend was. Gewoon in de buitenlucht scharrelen en twee maal daags een hapje eten. Maar vervolgens lieten ze ook zien hoe de vogels de laatste twaalf dagen van hun leven werden vetgemest. Gewoon op het Franse 8 uur journaal…

Als moeder met Nederlandse wortels probeerde ik de onschuldige ogen van mijn kind nog af de wenden van deze gruweldaad maar het kwaad was al geschied. Mijn zoon werd blootgesteld aan afschuwlijke beelden van dierenmishandeling. Dwangmatige voedering met trechters en slangen. Ik ben bereid om ver te gaan met integreren maar er zijn grenzen. Die liggen dus ongeveer bij het nuttigen van foie gras.

Totdat… we werden uitgenodigd voor het oudejaarsdiner bij de buren. In Frankrijk bestaat er geen tweede kerstdag dus wordt het tweede kerstdiner gehouden op oudjaarsavond. Voor ons was het een hele eer te worden uitgenodigd en we voelden ons Franser dan ooit.

We werden verwend met een heerlijk diner volgens de traditie afgewisseld met koude en warme gerechten en bereid met de vitale elementen water, lucht, aarde en vuur. We begonnen met zalmtoastjes gevolgd door escargots (wat een sjiek woord is voor slakken) en vervolgens oesters. De escargots stelden mij al behoorlijk op de proef maar met de oesters had ik geen idee hoe ik deze moest nuttigen.

Ik hield nauwlettend mijn buren de gaten hoe je je over oesters moest ontferemen totdat bij de derde oester mijn buurmeisje mij met angstige ogen ervan weerhield deze op te slurpen. Of ik wist dat dode oesters erg giftig kunnen zijn en je je moet beperken tot de levende? Nee, dat wist ik niet... En ik weet niet of het inbeeldde of dat het echt was maar het leek net alsof de levende oesters die ik net had doorgeslikt zich langzaam vanuit mijn slokdarm weer naar mijn mondholte wilden glibberen. Voor de zekerheid vroeg ik nog hoe het dan met de slakken zat die ik eerder op de avond had genuttigd.

Nadat ik was bekomen van het (levende) oesteravontuur, hadden we het over het verschil tussen Nederlandse en Franse eetgewoontes. Volgens mij was dit heel eenvoudig. Nederlanders eten en Fransen proeven. Nederlanders eten vette oliebollen en appelflappen tijdens de jaarwisseling en Fransen proeven een klein beetje van alles wat. Fransen zijn gastronomen met een grote G.

Vervolgens werd het volgende gerecht opgediend. Foie gras. De echte, volgens traditie gemest, met aders, een grauw grijze kleur en een geel vetrandje. Mijn buurmeisje, die van haar hart geen moordkuil maakt, zei dat ze nog nooit zulke afgrijselijke foie gras had gezien. De buurvrouw legde haar uit dat ze de veel goedkopere industriële roze foie gras was gewend maar dat ze nu ook eens de echte moest proberen op deze bijzondere avond. Er werd ook nog eens benadrukt dat een traditionele lever gastronomisch duurder was dan een industriele lever.

Er was dus geen sprake van het weigeren van een stukje foie gras tenzij we de buren wilden beledigen en in de toekomst alleen de jaarwisselingen wilden doorbrengen. Ik zette dus deze avond mijn principes opzij en liet ik mij een plakje foie gras opdienen met naar keuze een korreltje zout of peper of een lepeltje vijgenchutney. Ik voelde me een slappeling en een landverrader. Toch antwoorde ik eerlijk op de vraag of in Nederland ook foie gras werd gegeten. Er volgde een korte discussie over welke landen nog meer foie gras boycotten maar al snel werd zich afgevraagd hoe je foie gras nu het beste kunt bereiden en gediscussieerd over traditie en industrie. Tijdens het eten laat je je leiden door de zintuigen van het lichaam en laat je je niet afleiden door het geweten van de geest.

Na deze avond gaf ik mijn hoop op volledige integratie op. Ik zou nooit, zoals Fransen dat kunnen, praten over foie gras en ervan kunnen genieten. Ook had ik niet het geloof dat er ooit een einde zou komen aan het gedwongen vetmesten van eenden en ganzen in Frankrijk. Ik dacht nog aan het kapen van een tv station en bommetjes maar hield het bij het bestellen van een nieuwe voorraad paperclips.

Totdat afgelopen week de ecologische partij van Frankrijk figuurlijk een bommetje legde in het parlement. Ze hadden Pamela Anderson (ja inderdaad, die van Baywatch) uitgenodigd in de wandelgangen van het Franse parlement om een persconferentie te geven over foie gras. Pamela Anderson houdt niet van vlees, is in Amerika uitgeroepen tot veganist van het jaar en hield een verhaal over geëxplodeerde levers, de gruwelen van het vetmesten van ganzen en dat dat in een geciviliseerd land als Frankrijk toch verboden zou moeten zijn. Vlees eten en zeker foie gras nuttigen is echt niet meer van deze tijd. En waren er tegenwoordig niet voldoende en smakelijker vleesvervangende alternatieven voorhanden? Pamela deed een stapje naar voren zodat iedereen haar goed kon zien. Ze wapperde nog eens met haar geblondeerde haren en trok haar schouders naar achteren zodat haar (met siliconen gevulde) borstomvang volledig tot haar recht kwam... Niemand kon haar meer ongelijk geven, er waren zeker zeer goede alternatieven voor vlees beschikbaar, en mijn hoop op integratie nam weer een klein beetje toe.



Lees hier de toespraak van Pamela Anderson: