woensdag 23 januari 2013

Mannenwerk


Ruim acht jaar geleden dacht ik, als geëmancipeerde bouwkundige, wel al het werk aan te kunnen dat op een melkveehouderij moet worden verzet. Maar na een aantal maanden ploeteren, vijf kilo lichter, overbelaste onderarmen en getroffen door spit, werd ik al een stuk minder overmoedig. Veel werkzaamheden werden daarom in de loop der jaren aangepast op mijn tere gestel en liet ik met tegenzin sommige werkzaamheden voortaan over aan mannen.

Het zagen van brandhout is bijvoorbeeld echt mannenwerk. Dit is tevens één van de favoriete bezigheden van de fransman op het platteland. Deze liefde is te herkennen aan de muurtjes van gestapeld hout waarmee elk Frans erf is omheind. Meestal zijn de bovenzijden van deze muurtjes afgedekt met fraaie golfplaten of landbouwplastic die zorgvuldig zijn vastgelegd met oude banden of ander materiaal zonder een duidelijke functie. Aan de breedte van het muurtje is te zien of het hout nodig is voor de gezellige warmte af en toe of nodig is om het hele huis de hele winter warm te stoken. In het laatste geval is het muurtje een veelvoud van 50 cm breed en heeft het huis een grote kachel waarin deze blokken opgestookt kunnen worden. De lengte van het muurtje is meestal gebaseerd op een stookvoorraad van vier jaar. Dit is de tijd dat het hout nodig heeft om goed te drogen en gestookt te kunnen worden.

Vol bewondering en afgunst aanschouw ik deze muurtjes altijd. Wij lopen wat dit betreft vijf jaar achter. Het hout dat wij kloven wordt meestal in een hoek van onze schuur gekiept en binnen twee maanden opgestookt. 

Een Hollandse houtstapel
Het maken van zo’n mooie houtstapel vergt tijd. Veel tijd. Wanneer het in de herfst of de winter dan ook maar even mooi weer is, zijn alle Fransmannen buiten in de weer met hun kettingzaag. Via elke hoek wordt dan de stilte verdreven door het gezellige geknetter van kettingzagen. Iedere Fransman heeft wel een bosje hout met mooie bomen of is wel bevriend met een boer die zoveel stroken bos langs zijn land heeft dat hij graag wordt geholpen met het snoeiwerk. Toevalligerwijs staan in zo’n te snoeien strook altijd mooie eiken of kastanjes met rechte stammen die niet te dun of te dik zijn. Eiken of kastanjes geven namelijk de meeste hitte af bij het verbranden.

Wij hebben ook een kettingzaag. Een mooie STIHL met een blad van 50 cm. Veel te zwaar voor mij. Reden om een aantal jaar geleden een kleiner type aan te schaffen. Eentje waarvan ik dacht dat die wel zou passen bij mijn lichaamsbouw. Ik bladerde door een folder met landbouwapparaten toen mijn oog viel op ‘DE’ kettingzaag. Een STHIL MS 192 T, geloof ik. Een kettingzaag met een bescheiden blad van 30 cm, gefotografeerd in de handen van een stoere vrouw met een helm en een veiligheidsbril op, gekleed in een geblokte bloes en leren werkhandschoenen aan. Toen ik het apparaat afrekende in de winkel zei de verkoper bij het afscheid nog met een knipoog: ‘Succes met je nieuwe broodmes’.

Bij de eerste mooie zonnige dag die zich voordeed, ging ik met Guus mee met het houtzagen. Ik zou de stammen van de zijtakken ontdoen en Guus zou de grote stammen in stukken van 50 cm zagen. Ik vulde het reservoir van de zaag met het speciale benzinemengsel. Vervolgens trok ik aan het touwtje om de motor op gang te brengen. Na vijftien keer trekken en een lamme arm verder, riep ik met tegenzin de hulp in van Guus. Hij pompte even op een knopje en gaf vervolgens schijnbaar moeiteloos een venijnig kort rukje aan het betreffende touwtje.

Omgeven door het tevreden geronk van mijn zaag, benzine dampen en de geur van vers gezaagd hout was ik zo een tijdje bezig. Voorzien van het juiste materiaal kunnen zelfs vrouwen houtzagen. Ik waagde me aan een wat dikkere stam en ook dit leek goed te gaan. Ik sneed met mijn blad door de stam als een mes door een pakje boter. Totdat het blad bijna door de stam heen was. De twee delen van de stam bewogen krakend naar elkaar toe en de ketting sloeg vast. Nog net op tijd wist ik het juiste hendeltje los te laten anders was ik met zaag en al over de stam heen geslingerd. De zaag zat muur en muur vast en weer moest ik vernederend de hulp van Guus inroepen. ’s Avonds stopte ik de losgewrikte zaag ver weg in hoekje van de schuur om hem jaren later door te verkopen aan onze klusjesman. Die zag er wel een mooi snoeimes in.

Houtzagen is dus echt mannenwerk. Ook wanneer je pas een jongen van zes bent. Rocco doet niets liever dan op vrije dagen met pappa en de buurman meegaan om hout te zagen. Vanuit veiligheidsoverwegingen heeft pappa liever dat hij bij mij blijft en ik moet hem dan vaak na een uurtje weer komen ophalen. Zoals laatst het geval was. Pappa, de buurman en Rocco waren druk in de weer met het opsnoeien van een houtsingel. De stammen waren reeds omgehakt, ontdaan van hun takken en in kleine stukken gezaagd en ze waren druk bezig de houtblokken op te laden in een kieper. Rocco sleepte onder het waakzaam oog van de buurman de afgezaagde takken op een stapel. Een andere stapel was inmiddels aangestoken en de vlammen waren metershoog. Rocco genoot en hoopte dat ik hem niet zou zien. Na enig overleg met Guus, besloten we dat ik inderdaad Rocco niet had gezien en dat hij die middag bij de mannen mocht blijven.

Verslagen ging ik weer naar huis. Voelde me voor het eerst in zes jaar ook als moeder overbodig. Deze afwijzing had ik pas over een jaar of tien verwacht. Met een geblesseerde ziel kroop ik op de bank. Samen met een goed boek, een zakje troostende chocolade pinda's binnen handbereik en met het hoofd van de altijd trouwe hond op mijn schoot. Veel te laat kwamen de mannen die avond weer thuis. De kleren vol met zaagsel en rooklucht en vol van verhalen hoe hoog de vlammen waren gekomen, de hoeveelheid hout die van het bosje was gekomen en wie wat had gedronken na afloop tijdens het aperitief bij de buurman.

Die avond, na het melken, rende Rocco naar mij toe en vroeg aan mij met hem mee te komen naar de bak met brokken voor de koeien. De brokken in de bak waren mooi glad gestreken en met een stok had hij een heel groot hart getekend. ‘Voor jou!’ zei hij met een stralende lach.

Soms kun je dingen inderdaad beter aan mannen overlaten. Zeker aan mannen van zes…