Kerstverhaal 2005

Limo en de mooiste billen van Les Forges

Nog niet eens zo lang geleden werd ergens in de buurt van een dorpje ver weg in het midden van Frankrijk op een mooie lentemorgen, toen de nacht haar laatste adem uitblies en de zon oneindig haar eerste stralen scheen tot over alle gemeente-, kanton-, arrondissement-, departement- en regiogrenzen, een prachtig stierkalf geboren. Schitterend bruin, stevig en gespierd. Een waardige Limousinstiertje. Zodra het stierkalf ter wereld kwam liep het hard weg om al zijn spieren eens goed los te gooien en te genieten van de frisse ochtendlucht. De moeder die nog aan het bijkomen was van de zware bevalling raapte al haar laatste beetje energie bij elkaar en snelde achter het kalf aan om het zijn eerste beetje melk te kunnen geven. Tijdens deze sprint voelde de moeder dat ze iets verloor maar ze keek niet om. Ze wilde haar pasgeboren zoon niet uit het oog te verliezen en ze dacht dat het maar een laatste restje moederkoek was dat ze verloor.

Het magere tweelingzusje van het prachtige stierkalf wist wel beter en had na negen maanden wachten deze mooie lenteochtend wel anders voorgesteld. Het kalfje had geen kracht om op te kunnen staan om naar haar moeder te rennen en blèrde daarom met al het laatste beetje kracht dat ze had. Maar helaas, haar moeder hoorde haar niet en het kalfje bleef koud en eenzaam rillend in het natte ochtend gras liggen en viel in een diepe slaap.

Zo bleef ze uren liggen totdat ze werd wakker geschopt door een Franse vleesboer. De Franse vleesboer kon niet geloven dat dit een magere scharminkel van een van zijn vleeskoeien was en bedacht dat dit dan wel een kalf moest zijn van zijn nieuwe buren. Een jonge boer en een boerin die een maand geleden een melkveehouderij hadden overgenomen. Hij sleurde het magere kalf in zijn citroën C15 (seekènze), een boerenbedrijfsauto zonder vierwielaandrijving maar toch voornamelijk off-the-road wordt gebruikt voor van alles en nog wat, en bracht het kalf naar zijn nieuwe buren.

De jonge boer en boerin keken vreemd op want ze verwachten nog lang geen kalf (of hun koeien dan, hè?) en vonden het magere kalf wel heel veel lijken op een Limousinkalf. Maar goed, ze waren nog maar net begonnen en wisten nog niet hoe een kruislingkalf eruit zag. Want het was wel duidelijk dat het bruine kalfje geen zuivere zwart wit bonte melkkoe was en daarom wel een kruisling moest zijn als het dan echt geen Limousinkalf was. Op het bedrijf dat ze hadden overgenomen werden namelijk de eerstejaars koeien gedekt door een Limousinstier zodat op deze manier de drachtigheid van de eerstejaars koeien zonder omkijken (behalve voor de stier dan) gegarandeerd was. De jonge boer en boerin wilden het kalfje niet aannemen maar Franse vleesboer bleef maar aandringen en zo kwamen de jonge boer en boerin in het bezit van hun allereerste kalf.

De jonge boer en boer waren gemengd blij met het magere kalf. Want wat moesten ze er mee aan? Ze hadden geen moeder voor het kalf en zo ook geen goede melk voor het beestje en erger nog: zonder moeder kon het kalf niet worden aangeven bij de burgerlijke stand voor koeien en kon het ook geen oranje oorflappen in. Hierdoor liepen ze het risico om bij een onverwachte controle op een van hun vele subsidies gekort te worden. Gelukkig zat bij de overname van het bedrijf een anderhalve liter fles bevroren biest inbegrepen, zodat de eerste weerstandsopbouw van het kalfje was gegarandeerd. Verder besloten de jonge boer en boerin het eerste kruisling kalf dat over anderhalve maand zou worden geboren aan te geven als een tweeling.

Het magere kalf vond het allang best. Ze lag lekker warm en zacht in het stro en kreeg drie keer per dag van of de jonge boer of boerin een lekkere fles met warme melk. Ook kwam er af en toe een jong lief speels hondje met haar spelen zodat ze zich niet eenzaam voelde in de kraamkamer van de boerderij. Al snel kreeg ze gezelschap van een nieuw kalfje waarmee ze vaak wedstrijdjes mee deed wie het hardste kon blèren, want daar was het jonge speelse hondje niet zo goed in.

Het magere kalf groeide als kool en was, toen ze naar de kleuterschool voor kalfjes van de boerderij werd gebracht, inmiddels ingeschreven bij de burgerlijke stand van de koeien als Limo. De eerste periode in de kleuterschool vond Limo verschrikkelijk. Ze kreeg steeds minder melk en moest droge brokken en lange droge bruingroene slierten eten die maar prikkelden in haar keel. Wat wel leuk was dat ze nu samen met al haar buren uit de kraamkamer in één groot hok zat waarmee ze uren kon rondrennen totdat ze uitgeput was.

Limo voelde zich gewoon een kalf als alle andere kalveren op de boerderij maar begon ook steeds meer te merken dat er iets bijzonders met haar aan de hand was. Vele bezoekers van de boerderij bleven altijd even verbaasd bij haar kijken en vele deskundigen, zoals de veearts, melkcontroleur en veehandelaar, beweerden dat ze een zuivere Limousin was, gezien haar stevige bouw en mooie ronde billen. Limo zegde dit allemaal niets een bleef gewoon plezier maken met haar mede kalveren totdat de jonge boer en boerin haar vlak voor de winterperiode naar de lagere school voor kalveren brachten. Een oude grote schuur iets verder weg was van waar ze nu woonde.

Tijdens de winterperiode speelde Limo nog net als voorheen met de andere kalveren, met het verschil dat ze nu in een veel groter hok zaten en sprintwedstrijdjes konden doen die Limo steevast altijd won. Toen brak echter de tweede lenteperiode aan uit Limo’s leven en werden de schuifdeuren van het hok waar ze in zaten met veel moeite, zoals met alle deuren op de boerderij, open gedaan. Al haar vriendinnetjes renden naar buiten het groene weiland in, maakten bokkensprongen en knepen hun ogen tot spleetjes totdat ze gewend waren aan zonlicht. Limo gebruikte al haar energie om haar vriendinnetjes bij te houden maar die langbenen waren veel te snel voor haar om bij te houden in zo’n groot weiland. Uitgeput liep Limo naar de grootste plas water die ze ooit had gezien en leste haar dorst van al dat rennen. Wat ze toen de spiegeling van het water zag, had ze nog nooit gezien op deze boerderij. Een klein stevig, gepierd, bruin kalf met ronde billen en een mooi roze neusje. Heel anders die magere zwart wit gevlekte kalveren met wie ze altijd speelde. Limo realiseerde dat zij het was die ze zag in de spiegeling en Limo wilde helemaal niet anders zijn dan haar vriendinnen. Ze wilde gewoon ook hard kunnen lopen in de wei en later als ze groot was ook melkkoe worden.

Verdrietig liep ze naar de rest van de kalfjes in de wei, die van al dat rennen moe waren en waren gaan liggen. Ze vertelde aan de andere kalfjes wat ze had gezien, waarop ze verbaasd antwoordden waar ze dan zo van was geschrokken. Ze was toch altijd bruin, kleiner en gespierder geweest? En dat was toch helemaal niet erg? Ook al zag ze er anders uit, ze konden toch nog steeds fijn met elkaar spelen? Tja zij hadden makkelijk praten, zij zagen er gewoon uit. Tenminste…op deze boerderij, in hun leefwereld waren zwart witte vlekken heel gewoon…

Op een dag toen de melkkoeien voor het eerst van het jaar weer naar buiten mochten, renden de kalveren naar de grens van de weide om een glimp van hun moeders op de kunnen vangen. Wouw, wat een kolossen en wat een uiers! En Limo? Limo zag alleen maar zwart witte vlekken en besloot op zoek te gaan naar haar eigen moeder. Ze had allang gezien dat het hekwerk rond de weide niet veel voorstelde en banjerde met gemak door de afzetting van prikkeldraad heen. Al snel liepen alle andere kalveren achter haar aan, want ook in Frankrijk geldt dat als er één kalf door de draad heen gaat alle andere kalveren volgen. Dit tot grote spijt van de jonge boer en boerin. Zij waren inmiddels gelukkig ook een jaartje ouder geworden waardoor met ervaring de kalveren weer snel in hun eigen weide dreven en de afrastering, of wat daarvoor doorging, met grote spoed repareerden.

Limo berustte zich maar in dit lot en droomde zo vaak als ze kon van haar moeder en dacht veel na over het leven als vleeskoe of melkkoe. Van horen zeggen had ze vernomen dat het leven van een Limousin koe erg mooi was maar ook zijn haken en ogen had. Een Limousin koe mocht haar kalf zelf groot brengen en bovendien hoefde ze nooit te werken (lees: nooit te melken) en kon dag in dag uit in de wei liggen luieren. Het enige waarvoor ze moest uitkijken was de veehandelaar met zijn rode vrachtwagen en de Belgische veeartsen, waarvan er heel toevallig in de Limousin aardig wat van rondreden in hun Jeep met spuiten die in hun billen werden gezet om ze zo te beschermen tegen gevaarlijke bacteriën. En altijd buiten zijn lijkt mooi maar in de winter wanneer het koud, guur en nat is, is een dak boven je hoofd toch ook wel fijn.
Maar ook aan het leven van een melkkoe zaten voor- en nadelen. Twee keer per dag heerlijk uitgebalanceerd voedsel vreten, ’s winters in een warme stal met een zachte matras maar daar tegenover twee keer per dag melken en alleen ‘s zomers buiten zijn en contact hebben met je dochter(s).

Limo kwam er maar niet uit wat beter voor haar zou zijn. In haar genen was ze een Limousin koe maar ze was opgegroeid als melkkoe en deed ook zo in haar doen en laten, al was ze dan wat langzamer op de langere afstanden. Niet over zo’n hele lange tijd zou ze een definitieve keuze moeten maken. Of een middelmatige melkkoe worden en voor eeuwig bij haar vriendinnen kunnen blijven òf zich specialiseren in het worden van een vleeskoe.

Het lieve jonge speelse hondje zag Limo tobben en stelde Limo voor een sabbatical te nemen. Ze had van één van de vele gasten die bij de jonge boer en boerin op bezoek kwamen wel eens gehoord dat dat voor nieuw plezier in het leven kon zorgen en tot nieuwe inzichten kon leiden. Het jonge speelse hondje wilde haar wel begeleiden tijdens deze reis. De jonge boer en boerin hadden inmiddels hun handen vol aan hun pas geboren zoon en hadden hierdoor een stuk minder tijd om met het jonge lieve speelse hondje te knuffelen en te spelen. Limo klapperde eens goed met haar oren en loeide vervolgens dat dit haar een uitstekend idee leek. Samen zochten ze vervolgens naar één van de vele zwakke plekken in de afrastering en trokken samen de weide wereld in.


Zo aten de jonge boer en boerin die betreffende kerst geen heerlijke biefstuk maar genoten ze van een heerlijke kaassoufflé. Het bleek namelijk dat Limo steriel was, geen kalfjes kon krijgen, en dus geen melkkoe kon worden en daarom was voorbestemd om vleeskoe te worden. Het was maar goed dat ze de afrastering niet op orde hadden en zo een onmogelijk besluit niet hoefden te nemen.


1 opmerking: