Ruim acht jaar
geleden dacht ik, als geëmancipeerde bouwkundige, wel al het werk aan te kunnen
dat op een melkveehouderij moet worden verzet. Maar na een aantal maanden ploeteren,
vijf kilo lichter, overbelaste onderarmen en getroffen door spit, werd ik al
een stuk minder overmoedig. Veel werkzaamheden werden daarom in de loop der
jaren aangepast op mijn tere gestel en liet ik met tegenzin sommige
werkzaamheden voortaan over aan mannen.
Het zagen van
brandhout is bijvoorbeeld echt mannenwerk. Dit is tevens één van de favoriete
bezigheden van de fransman op het platteland. Deze liefde is te herkennen aan
de muurtjes van gestapeld hout waarmee elk Frans erf is omheind. Meestal zijn de
bovenzijden van deze muurtjes afgedekt met fraaie golfplaten of landbouwplastic
die zorgvuldig zijn vastgelegd met oude banden of ander materiaal zonder een
duidelijke functie. Aan de breedte van het muurtje is te zien of het hout nodig
is voor de gezellige warmte af en toe of nodig is om het hele huis de hele
winter warm te stoken. In het laatste geval is het muurtje een veelvoud van 50
cm breed en heeft het huis een grote kachel waarin deze blokken opgestookt
kunnen worden. De lengte van het muurtje is meestal gebaseerd op een
stookvoorraad van vier jaar. Dit is de tijd dat het hout nodig heeft om goed te
drogen en gestookt te kunnen worden.
Vol bewondering
en afgunst aanschouw ik deze muurtjes altijd. Wij lopen wat dit betreft vijf
jaar achter. Het hout dat wij kloven wordt meestal in een hoek van onze schuur
gekiept en binnen twee maanden opgestookt.
Een Hollandse houtstapel |
Het maken van
zo’n mooie houtstapel vergt tijd. Veel tijd. Wanneer het in de herfst of de
winter dan ook maar even mooi weer is, zijn alle Fransmannen buiten in de weer
met hun kettingzaag. Via elke hoek wordt dan de stilte verdreven door het
gezellige geknetter van kettingzagen. Iedere Fransman heeft wel een bosje hout
met mooie bomen of is wel bevriend met een boer die zoveel stroken bos langs
zijn land heeft dat hij graag wordt geholpen met het snoeiwerk. Toevalligerwijs
staan in zo’n te snoeien strook altijd mooie eiken of kastanjes met rechte stammen
die niet te dun of te dik zijn. Eiken of kastanjes geven namelijk de meeste
hitte af bij het verbranden.
Wij hebben ook
een kettingzaag. Een mooie STIHL met een blad van 50 cm. Veel te zwaar voor
mij. Reden om een aantal jaar geleden een kleiner type aan te schaffen. Eentje waarvan
ik dacht dat die wel zou passen bij mijn lichaamsbouw. Ik bladerde door een
folder met landbouwapparaten toen mijn oog viel op ‘DE’ kettingzaag. Een STHIL MS 192 T, geloof ik. Een
kettingzaag met een bescheiden blad van 30 cm, gefotografeerd in de handen van
een stoere vrouw met een helm en een veiligheidsbril op, gekleed in een
geblokte bloes en leren werkhandschoenen aan. Toen ik het apparaat afrekende in
de winkel zei de verkoper bij het afscheid nog met een knipoog: ‘Succes met je
nieuwe broodmes’.
Bij de eerste
mooie zonnige dag die zich voordeed, ging ik met Guus mee met het houtzagen. Ik
zou de stammen van de zijtakken ontdoen en Guus zou de grote stammen in stukken
van 50 cm zagen. Ik vulde het reservoir van de zaag met het speciale benzinemengsel.
Vervolgens trok ik aan het touwtje om de motor op gang te brengen. Na vijftien
keer trekken en een lamme arm verder, riep ik met tegenzin de hulp in van Guus.
Hij pompte even op een knopje en gaf vervolgens schijnbaar moeiteloos een
venijnig kort rukje aan het betreffende touwtje.
Omgeven door het
tevreden geronk van mijn zaag, benzine dampen en de geur van vers gezaagd hout
was ik zo een tijdje bezig. Voorzien van het juiste materiaal kunnen zelfs vrouwen houtzagen. Ik waagde me aan een wat dikkere stam en ook dit leek goed te gaan. Ik
sneed met mijn blad door de stam als een mes door een pakje boter. Totdat het
blad bijna door de stam heen was. De twee delen van de stam bewogen krakend naar
elkaar toe en de ketting sloeg vast. Nog net op tijd wist ik het juiste hendeltje
los te laten anders was ik met zaag en al over de stam heen geslingerd. De zaag
zat muur en muur vast en weer moest ik vernederend de hulp van Guus inroepen.
’s Avonds stopte ik de losgewrikte zaag ver weg in hoekje van de schuur om hem
jaren later door te verkopen aan onze klusjesman. Die zag er wel een mooi
snoeimes in.
Houtzagen is dus
echt mannenwerk. Ook wanneer je pas een jongen van zes bent. Rocco doet niets
liever dan op vrije dagen met pappa en de buurman meegaan om hout te zagen.
Vanuit veiligheidsoverwegingen heeft pappa liever dat hij bij mij blijft en ik moet
hem dan vaak na een uurtje weer komen ophalen. Zoals laatst het geval was.
Pappa, de buurman en Rocco waren druk in de weer met het opsnoeien van een
houtsingel. De stammen waren reeds omgehakt, ontdaan van hun takken en in
kleine stukken gezaagd en ze waren druk bezig de houtblokken op te laden in een
kieper. Rocco sleepte onder het waakzaam oog van de buurman de afgezaagde
takken op een stapel. Een andere stapel was inmiddels aangestoken en de vlammen
waren metershoog. Rocco genoot en hoopte dat ik hem niet zou zien. Na enig
overleg met Guus, besloten we dat ik inderdaad Rocco niet had gezien en dat hij
die middag bij de mannen mocht blijven.
Verslagen ging ik
weer naar huis. Voelde me voor het eerst in zes jaar ook als moeder overbodig. Deze
afwijzing had ik pas over een jaar of tien verwacht. Met een geblesseerde ziel kroop
ik op de bank. Samen met een goed boek, een zakje troostende chocolade pinda's
binnen handbereik en met het hoofd van de altijd trouwe hond op mijn schoot. Veel
te laat kwamen de mannen die avond weer thuis. De kleren vol met zaagsel en
rooklucht en vol van verhalen hoe hoog de vlammen waren gekomen, de hoeveelheid
hout die van het bosje was gekomen en wie wat had gedronken na afloop tijdens
het aperitief bij de buurman.
Die avond, na het
melken, rende Rocco naar mij toe en vroeg aan mij met hem mee te komen naar de
bak met brokken voor de koeien. De brokken in de bak waren mooi glad gestreken
en met een stok had hij een heel groot hart getekend. ‘Voor jou!’ zei hij met
een stralende lach.
Soms kun je
dingen inderdaad beter aan mannen overlaten. Zeker aan mannen van zes…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten